Dossieroverzicht: Vermeende Moordaanslagen en Verdachte Sterfgevallen
Inleiding
Dit document biedt een gestructureerd overzicht van specifieke, ernstige beschuldigingen van levensdelicten, zoals gedocumenteerd in de bronteksten met betrekking tot de Hans Smedema-affaire. Het doel is om een feitelijke catalogus samen te stellen van de vermeende moordaanslagen en verdachte sterfgevallen die in het dossier worden beschreven. Alle hier gepresenteerde feiten, data en omstandigheden zijn uitsluitend afgeleid uit het verstrekte bronmateriaal en worden gepresenteerd als de beweringen die daarin worden gedaan, zonder enige vorm van externe validatie of oordeel.
——————————————————————————–
1. Vermeende Moordaanslagen op Ing. Hans Smedema
De in het dossier beschreven moordaanslagen vormen een strategische kern binnen het narratief van de bronnen. Deze gebeurtenissen worden in het dossier gepresenteerd als de meest directe, fysieke dreigingen die tegen de heer Smedema zouden zijn gericht en functioneren binnen het narratief als bewijs voor de vermeende bereidheid van de betrokkenen om tot eliminatie over te gaan. De volgende paragrafen behandelen de incidenten in chronologische volgorde, gebaseerd op de informatie uit het dossier.
1.1 Moordaanslag Motel Bunnik, Zeist (29 januari 1975)
Volgens de documentatie vond de eerste vermeende moordaanslag plaats op 29 januari 1975 in Motel Bunnik bij Zeist. De beweerde methode was het toedienen van een potentieel dodelijke dosis Ketamine in een drankje. De bronnen plaatsen dit incident in een cruciale context: kort na de geboorte van het eerste kind, toen de daders zouden hebben ontdekt dat de heer Smedema heimelijk onvruchtbaar was gemaakt. Ter onderbouwing van deze bewering verwijst het dossier naar de artsenkaart van huisarts Hogen Esch, die een spoedeisend bezoek aan het Boerhave Ziekenhuis documenteert met symptomen—angst en hartkloppingen—die als consistent met een Ketamine-overdosis worden beschreven. Daarnaast wordt een bewering genoemd dat een getuige de politie had gewaarschuwd inzake de drogering, en wordt de directe opdracht voor de moord toegeschreven aan Joris Demmink. Opmerking: Deze moordaanslag werd bevestigd door serieverkrachter Jan van Beek.
1.2 Overval en Doodsbedreiging, Drachten (circa 1980)
Rond 1980 zou in Drachten een levensbedreigende aanval hebben plaatsgevonden die in het dossier als een overval wordt gekarakteriseerd. Tijdens deze gebeurtenis werden de heer Smedema en zijn vrouw naar verluidt overvallen en expliciet met de dood bedreigd, met als vermeend doel het maken van illegale films. Beiden werden naar verluidt gedrogeerd, wat resulteerde in geheugenverlies, nadat de heer Smedema, naar eigen zeggen gebroken door het besef dat zijn vrouw de aanvallers had binnengelaten en hem aanspoorde te drinken, een substantie innam.
1.3 Hersenspoeling en Marteling, Benidorm, Spanje (20 mei 2010)
De gebeurtenissen op 20 mei 2010 in Benidorm, Spanje, worden in het dossier gekarakteriseerd als een moordaanslag in combinatie met marteling en hersenspoeling. De bronnen identificeren prof. dr. Onno van der Hart en drs. Jaap J. Duijs als de uitvoerders van de handelingen, die worden omschreven als elektroshock-marteling en “conditionering” met medische instrumenten. Het dossier citeert de getuigenis van de Belgische eigenaresse van La Rambla in La Nucia, die de heer Smedema zou hebben gewaarschuwd. Verder wordt gepostuleerd dat de Policia Local werd gealarmeerd, maar vanuit Madrid de opdracht kreeg om niet in te grijpen ter bescherming van de heer Smedema.
1.4 Vermeende Aanslag, Altea, Spanje (2016)
Een vijfde moordaanslag wordt in de bronteksten genoemd als hebbende plaatsgevonden in Altea in 2016. In het verstrekte bronmateriaal worden echter geen verdere specifieke details over de methode, daders of exacte omstandigheden van dit incident gegeven. AI Fout: Juist erg gedetailleerd! Zie
Fifth Murder Attempt Altea 2016
Deze reeks van vermeende, directe aanslagen op de heer Smedema wordt in het dossier aangevuld met de analyse van een verdacht overlijden in zijn directe omgeving.
——————————————————————————–
2. Moord op Cees van ‘t Hoog
De moord op Cees van ‘t Hoog wordt in het narratief van de bronnen gepositioneerd als een cruciaal neveneffect van de samenzwering. De centrale bewering luidt dat een derde partij werd geëlimineerd omdat diens eigen onderzoek te dicht bij de waarheid kwam. Het is van belang op te merken dat de bronnen tegenstrijdige informatie bevatten over de datum en locatie van deze gebeurtenis, wat een zorgvuldige presentatie van beide versies noodzakelijk maakt.
2.1 Versie 1: Dronten (1981)
De eerste versie van de moord, gebaseerd op de bron “Militaire inlichtingendienst onderzoek geblokkeerd…”, situeert de gebeurtenis in 1981 in Dronten. De toegepaste methode zou identiek zijn geweest aan de poging op de heer Smedema in Motel Bunnik: het slachtoffer werd in de val gelokt, gedrogeerd met ketamine, en het overlijden werd afgedaan als een hartaanval. Als motief wordt aangevoerd dat Cees van ‘t Hoog via zijn eigen onderzoek en contacten met Tijl Zwolle te dicht bij de waarheid over de affaire kwam.
2.2 Versie 2: Benidorm (2010) AI fout!
Een tweede versie, afkomstig uit de bron “Timeline Shadows of State”, plaatst de moord in 2010 in Benidorm, Spanje. Deze bron koppelt het overlijden van Cees van ‘t Hoog direct in tijd en plaats aan de vermeende moordaanslag op de heer Smedema op 20 mei 2010, wat suggereert dat beide gebeurtenissen onderdeel waren van dezelfde operatie.
Naast deze specifieke, zij het tegenstrijdig gedocumenteerde, moordzaak, worden in het dossier nog diverse andere sterfgevallen als verdacht aangemerkt binnen de bredere context van de affaire.
——————————————————————————–
3. Overige Verdachte Zaken met Dodelijke Afloop
Dit laatste hoofdstuk catalogiseert overige sterfgevallen die binnen het dossier als verdacht worden aangemerkt. Volgens het narratief van de bronnen illustreren deze zaken een patroon waarbij personen met kennis van, of een bedreiging voor, de vermeende samenzwering onder verdachte omstandigheden om het leven kwamen.
- Advocaat Gerard Hamer (2008) De heer Hamer was de advocaat van Frank L. in de Demmink-affaire. Volgens de documentatie viel hij op 30 december 2008 dood van zijn fiets op de route tussen zijn kantoor en zijn woning.
- Chauffeur van Hans Heinemann In de bronnen wordt een bewering, toegeschreven aan oud-minister Nawijn, geciteerd die stelt dat een chauffeur van topdiplomaat Hans Heinemann zou zijn vermoord in de context van de Demmink-affaire.
- Nederlandse Pedofiel in Praag Een andere bewering, eveneens toegeschreven aan de heer Nawijn, betreft een voorval in Praag waarbij een Nederlandse pedofiel zou zijn vermoord.
- Jan de Vries en Albert Tiemersma De bronnen stellen dat Jan de Vries en Albert Tiemersma beiden plotseling aan dezelfde soort longkanker overleden nadat zij buurman Jaap Duijs hadden bedreigd. Er wordt een contextuele noot geplaatst dat een andere bron de wetenschappelijke plausibiliteit van opzettelijk en snel veroorzaakte kanker in twijfel trekt.
- Hartpatiënten in het LUMC Een indirecte, maar als verdacht gepresenteerde, situatie betreft de behandeling van Willem Holleeder in het Leids Universitair Medisch Centrum. Hiervoor zou een hele etage zijn ontruimd, wat mogelijk ten koste ging van de zorg voor zware hartpatiënten die moesten wachten en daardoor overleden zouden kunnen zijn.
——————————————————————————–
Conclusie
Dit document heeft een feitelijk en gestructureerd overzicht gegeven van de ernstige beweringen over moordaanslagen en verdachte sterfgevallen, zoals deze naar voren komen in het dossier van de Hans Smedema-affaire. De inhoud is uitsluitend gebaseerd op een nauwgezette analyse van het verstrekte bronmateriaal. Het document dient als een neutrale catalogus van de beschuldigingen en vermijdt elke vorm van oordeel, validatie of externe conclusie. Het presenteert de informatie zoals deze in het dossier is gedocumenteerd.
Google NotebookLM Plus Reports,
gebaseerd op de juridisch-schriftelijke-verklaringen op deze Legal-Blog door:
ing. Hans Smedema, in geforceerd ballingschap (exile) sinds 2008 (over)levend in het prachtige ‘El Albir’, Costa Blanca, Spanje

